Ztubisj.gif (4250 bytes)

xZtoebjst.gif (3765 bytes)

Zbloesem2.gif (12729 bytes)

Ztubisj2.gif (4175 bytes) Zbloesem.gif (12718 bytes)

Vruchten uit Ertez Jisrael

Toebisjvat is een feestdag, waarop Israel het zogeheten 'nieuwjaar van de bomen' viert. De naam van de feestdag is samengesteld uit de letters tet-waw (= 15), gelezen als 'toe', bi (= in) en de maand Sjevat. De naam 'Toebisjevat' geeft taan, dat de feestdag valt op de vijftiende van de maand Sjevat. Dit is de elfde maand van het joodse lentejaar, gerekend vanaf de maand  Nisan. Sjevat valt in  de periode januari-februari. Tenach kent het 'nieuw jaar van de bomen' nog niet. Zelfs de Misjna (redactie begin 3e eeuw v.j.t.) vermeldt Toebisjvat maar één keer (mRosj ha-Sjana I,1). De Misjna noemt Toebisjvat uitsluitend als tijdgrens om de tienden af te dragen van boomvruchten en ter berekening van 'orla' (de eerste drie jaren, waarin volgens het voorschrift van de Tora niemand van de vruchten van nieuw geplante bomen mag eten; vgl. Lev. 19:23-25). In de eerste eeuwen was het ook nog geen echte feestdag. Het is des te opmerkelijker, dat Toebisjvat zijn betekenis vanaf de val van de Tempel en in de verstrooiing behield. Met deze dag droeg het Joodse volk als het ware altijd een stukje Erets Jisrael met zich mee. Buiten de grenzen van het land golden de agrarische verplichtingen van de dag (strikt genomen) niet, maar hij bood gelegenheid om de droom van terugkeer naar het beloofde land levend te houden. In de middeleeuwen ontwikkelde zich het gebruik op Toebisjvat vruchten te eten, die groeien op de bodem van Erets Jisrael, zoals citrusvruchten, dadels, vijgen, peren en noten. Vooral amandelen en Johannesbrood waren geliefd. Amandelen, omdat de Amandelboom zich als eerste in het voorjaar met haar bloesem siert. Johannesbrood, omdat dit lang goed bleef en tot in de uithoeken van de diaspora kon worden vervoerd. De voorkeur verdienen uiteraard verse vruchten, die de vitaliteit van het land der vaderen op de tong doen proeven, maar ook gedroogde vruchten zijn goed. En wanneer niets van dat al voorhanden is, komen in ieder geval vruchten op tafel die op de voortbrengselen van Erets Jisrael lijken. De verbeeldingskracht van het verlangen weet altijd wel een oplossing te vinden. Onder invloed van de viering van Toebisjvat in kringen van kabbalistische mystici (zie hier beneden) werd het eten van vruchten algemeen en ontwikkelden zich bijzondere gebruiken. Zo eten velen (minstens) vijftien verschillende soorten vruchten en onderstrepen daarmee de datum van het feest. Wie Erets Jisrael en de Tora speciale eer wil bewijzen, opent de maaltijd met vruchten die behoren tot 'de zeven soorten' (Deut. 8:8). Men eet dan eerst druiven, vijgen, granaatappelen en olijven, juist in de volgorde waarin de Tora ze opsomt. Vele Oriëntaalse Joden nuttigen voorafgaande aan de vruchten eerst nog spijzen die bereid zijn van tarwe en gerst. Hiermee begint immers de Tora haar opsomming van de zeven soorten. Het is een mooie gewoonte om ook een vrucht te verorberen die je dat jaar nog niet gegeten hebt en daarover dan de tijdszegen te reciteren: 'Gezegend zijt Gij, Eeuwige, onze God, Koning der wereld, Die ons in leven hebt doen blijven, ons hebt staande gehouden en ons dit tijdstip hebt doen bereiken.' Zo ademt Toebisjvat de sfeer van een echte feestdag.  

(Ets M. van Loopik)

Dsc00657kl.jpg (30253 bytes)

Bij de maaltijd weerklinken Ps. 104 en de vijftien 'sjire ha-ma'alot' (trappenliederen: Ps. 120-134). Ps. 104 geeft een gevoelvolle schildering van de bomen, die met hun schaduw en hoge kruinen een veilige woonplaats bieden aan tal van schepselen. Ongetwijfeld is de psalm ook gekozen vanwege de woorden: 'En U vernieuwt het aangezicht van de aardbodem' (vs. 30). Ieder jaar bedekt de Eeuwige in het voorjaar het oppervlak van de aarde met een kleurige deken van groen, versierd met de opbloeiende bloemen van het veld.  
Afgezien van de vruchten, is Toebisjvat een dag waarvan de viering aan opvallend weinig rituelen en voorschriften gebonden is. Werken is toegestaan. Het officiële gebedenboek bevat geen aparte gebeden voor deze dag.
Toebisjvat geldt als een semi-feestdag. Het Boetegebed (tachanoen) blijft achterwege. Ook is vasten of rouwklagen verboden (vgl. Sjoelchan Aroech, Orach Chajjiem 131,6 en 572,3).

 

Ik sprak tot de amandelboom:
'Zuster, spreek mij over God.'
En zij bloeide.
(N. Kazantzakis)

Een mystieke maaltijd

In de zestiende eeuw hebben de mystici uit de kring van Jitschak Loeria en diens gemeenschap in Tsfad de dag van Toebisjvat meer gewicht gegeven. De fascinatie van mystici voor Toebisjvat is begrijpelijk. De boom is in kabbalistische kringen symbool voor de kosmos en voor de mens, wiens wezen de mystieke structuur van het gehele universum weerspiegelt. De Tora zegt het al: 'Want [als] de mens is het geboomte van het veld[?]' (Deut. 20:19). De mens is als een boom. Met zijn voeten staat hij op aarde en zijn kruin richt zich naar het licht van het firmament. Zijn ziel wortelt daarentegen juist in de hemel en onttrekt zijn kracht van 'boven'. Hij is als een ladder tussen hemel en aarde, een minikosmos die God met al Zijn schepselen verbindt. Het streven van Jitschak Loeria en zijn mystieke geestverwanten was bovenal gericht op 'tikkoen olam' - het helingsproces van de schepping. De vruchten sterken niet alleen het verlangen om naar Erets Jisrael terug te keren, maar ook om het gehele universum te voeren naar een paradijselijke staat waarin 'de boom des levens' haar 'takken' weer tot in de uithoeken van de wereld zal uitspreiden en alle schepselen zal 'voeden'. Het eten van vruchten op Toebisjvat werd onder invloed van de mystici tot een gewijd ritueel, waarmee de hele zichtbare wereld van Gods heiligheid wordt doordrongen. Wie vol religieus verlangen naar eenheid van de vruchten eet, bevrijdt op symbolische wijze Gods 'verbannen' licht uit aardse 'schillen' van kwaad. De heilige vonken richten zich op uit het stof en keren terug naar hun hemelse oorsprong (zie beneden). Naar analogie van de Sedermaaltijd voor Pesach ontstond een speciaal Toebisjvat-maal (zie uitvoeriger beneden) met een eigen 'aggada'. Deze aggada schrijft de overlevering toe aan de kabbalist Nathan van Gaza (1643-1680). Naast aanwijzingen voor symbolische handelingen, waaronder het drinken van vier bekers, bevat de aggada vooral teksten uit Tenach en traditie over bomen en vruchten. De 'Toebisjvat-seder' bleef overigens beperkt tot Sefardische en kabbalistische kringen. Door zijn boeiende inhoud geniet hij heden ten dage ook belangstelling in Aschkenazische, reform-gemeenschappen. Zij geven er eigentijdse vormen aan, met veel aandacht voor de ecologische aspecten van Toebisjvat.



©  2000 Dr. Marcus van Loopik
Alle rechten voorbehouden. Niets van de tekst of van de afbeeldingen van de etsen mag  

op welke wijze dan ook worden vermenigvuldigd  zonder mijn voorafgaande toestemming.

De originele etsen zijn in beperkte oplage verkrijgbaar. Oningelijst € 280,- per stuk,
ingelijst € 340,- per stuk (beeldafmeting 30 cm. bij 40 cm.; lijst 50 cm. bij 60 cm.).

 MailF1F2.gif (4196 bytes)Voor reacties en bestellingen van grafiek:  mailknop.jpg (682 bytes)

 

mainbuttonhome.jpg (1520 bytes)

mageen1-anim.gif (134791 bytes)